vrijdag 29. wij marcheerden deese morgen te 6 uuren wederom
af naar Halle, alwaar evenwel niet kwamen, maar tot een uur afstands van dien
plaats vernagten, in het dorp Tubize, dewijl te
Halle heel veel volk was ingequartierd. Hier logeerde ik met Biersma bij eene veuve1De Cocq, een exellente vrouw, alwaar wij heel wel gelogeerd waren. Zij
had drie lieve kindertjes, bijzonder het jongste meisje, een aardig snapstertje2,
die ons allerhande nieuws uit Brussel verhaalde, alwaar zij bij een oom en tante
gelogeerd had en vanwaar zij heden weder teruggekomen was.
Wij waren gelogeerd vlak tegen over de Roomsche kerk, die
zeer fraaij is, dog niet zo fraaij als de kerk te Halle, zo berugt wegens de
fraaije beelden, bijzonder dat van onze Lieve Vrouw van Halle, waarheen
jaarlijks bedevaarten gedaan worden, wel uren gaans ver. Ik heb dezelve niet
kunnen zien, doch heb dit van anderen gehoord.
De Grote Markt en de Eglise Sainte-Gertrude in
Tubize, oude ansichtkaart.
Des anderen daags passeerden hier de keizer Alexander. Het
dorp was bij den ingang met een erepoort, of liever met festons van
natuurlijke bloemen, welke over de
straat van het ene huis tot het andere waren vastgemaakt, versierd, waaronder Z.M. mocht doorrijden, voorzien van
toepasselijke opschriften. Lang hadden wij staan wagten, of Z.M. niet haast
arriveerde doch het duurde een uur of twee, eer wij berigt kregen van zijne
komst en reeds was hij ons gepasseerd voor wij wisten dat het keizer van
Rusland was geweest was. Zijne eenvoudige offiersmontering3 en het weinig gevolg
het welk hij bij zich had, hadden ons misleid en hem voor een generaal of
iemand anders doen aanzien. Alleen de postillon bragt ons uit onze dwaling,
die, zo als hij ons met een snelle draf op de hoek van een straat voorbij reed,
met zijne hoed zwaaijde, onder het roepen van “Vive l’ Empereur de la Russe”. Toen stonden wij te kijken als
gekken en zwaaijden ook dapper met onze politie mutsen, dog het was te laat. Na
ons des avonds in de herberg vrij goed geamuseerd te hebben alwaar zeer fraaij gemusiceerd wierd, en waar een allerliefste jonge vrouw, de zuster van de
huisheer, ons bediende, gingen wij ter rust. Sliepen dien nagt goed, en
marcheerden ...
1 veuve: weduwe.
2 snapstertje: babbelaarster.
3 montering: (veroud). militaire uitrusting.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten